"De vreugde die voor God's aangezicht is"

 10 februari 2013, Br. J. Heijdeman

Afspelen


Download
Audiobestand (MP3)  Powerpoint  


Beschrijving
God nodigt ons uit om te zijn in een overvloed van vreugde. Het Christen-zijn betekent niet van alles doen, maar bij God zijn. God verlangt ernaar dat wij Zijn vreugde ervaren. God wil door Zijn schepping, Zijn volk, Zijn gemeente, etc. Zijn naam verheerlijken. Ons doel is om Hem te verheerlijken. God vraagt van ons om Hem lief te hebben. Onze vreugde is alleen in Hem. De realiteit is echter dat wij niet altijd verlangen naar God. We beseffen vaak niet hoe groot het wonder is dat God ons gered heeft in Zijn Zoon. De Here Jezus Christus heeft door zijn lijden de weg voor ons geopend naar God, de bron van vreugde. Maar vaak ervaren we die vreugde niet; we willen wel, maar we kunnen het zelf niet. We mogen ons verlangen god bekend maken en Hem vragen of Hij ons wil vullen met Zijn vreugde. Hij kan ons voortdurend wijzen op Zijn genade en liefde.


In de preek aangehaalde bijbelteksten (Statenvertaling)

Psalmen 16
1 Een gouden kleinood van David. Bewaar mij, o God! want ik betrouw op U. 2 O mijn ziel! gij hebt tot den HEERE gezegd: Gij zijt de HEERE, mijn goedheid raakt niet tot U; 3 Maar tot de heiligen, die op de aarde zijn, en de heerlijken, in dewelke al mijn lust is. 4 De smarten dergenen, die een anderen God begiftigen, zullen vermenigvuldigd worden; ik zal hun drankofferen van bloed niet offeren, en hun namen op mijn lippen niet nemen. 5 De HEERE is het deel mijner erve, en mijns bekers; Gij onderhoudt mijn lot. 6 De snoeren zijn mij in liefelijke plaatsen gevallen; ja, een schone erfenis is mij geworden. 7 Ik zal den HEERE loven, Die mij raad heeft gegeven; zelfs bij nacht onderwijzen mij mijn nieren. 8 Ik stel den HEERE geduriglijk voor mij, omdat Hij aan mijn rechterhand is, zal ik niet wankelen. 9 Daarom is mijn hart verblijd, en mijn eer verheugt zich; ook zal mijn vlees zeker wonen. 10 Want Gij zult mijn ziel in de hel niet verlaten; Gij zult niet toelaten, dat Uw Heilige de verderving zie. 11 Gij zult mij het pad des levens bekend maken; verzadiging der vreugde is bij Uw aangezicht; liefelijkheden zijn in Uw rechterhand, eeuwiglijk. 


Psalmen 73:25
25 Wien heb ik nevens U in den hemel? Nevens U lust mij ook niets op de aarde! 


Psalmen 42
1 Een onderwijzing, voor den opperzangmeester, onder de kinderen van Korach. (42:2) Gelijk een hert schreeuwt naar de waterstromen, alzo schreeuwt mijn ziel tot U, o God! 2 (42:3) Mijn ziel dorst naar God, naar den levenden God; wanneer zal ik ingaan, en voor Gods aangezicht verschijnen? 3 (42:4) Mijn tranen zijn mij tot spijs dag en nacht; omdat zij den gansen dag tot mij zeggen: Waar is uw God? 4 (42:5) Ik gedenk daaraan, en stort mijn ziel uit in mij, omdat ik placht heen te gaan onder de schare, en met hen te treden naar Gods huis, met een stem van vreugdegezang en lof, onder de feesthoudende menigte. 5 (42:6) Wat buigt gij u neder, o mijn ziel! en zijt onrustig in mij? Hoop op God, want ik zal Hem nog loven voor de verlossingen Zijns aangezichts. 6 (42:7) O mijn God! mijn ziel buigt zich neder in mij, daarom gedenk ik Uwer uit het land van de Jordaan, en Hermon, uit het klein gebergte. 7 (42:8) De afgrond roept tot den afgrond, bij het gedruis Uwer watergoten; al Uw baren en Uw golven zijn over mij heengegaan. 8 (42:9) Maar de HEERE zal des daags Zijn goedertierenheid gebieden, en des nachts zal Zijn lied bij mij zijn; het gebed tot den God mijns levens. 9 (42:10) Ik zal zeggen tot God: Mijn Steenrots! waarom vergeet Gij mij? Waarom ga ik in het zwart, vanwege des vijands onderdrukking? 10 (42:11) Met een doodsteek in mijn beenderen honen mij mijn wederpartijders, als zij den gansen dag tot mij zeggen: Waar is uw God? 11 (42:12) Wat buigt gij u neder, o mijn ziel! en wat zijt gij onrustig in mij? Hoop op God, want ik zal Hem nog loven; Hij is de menigvuldige Verlossing mijns aangezichts, en mijn God. 



Deze spreker:
Br. J. Heijdeman

Zoek op trefwoord:
Vreugde
Bekering